Wie niet gelukkig is wil het worden. Wie gelukkig is wil het blijven. Geluk is zo verbonden met tijd en daarmee vanzelfsprekend ook aan de toekomst. Geluk gevoelens kunnen nu eenmaal bedreigt worden door onzekerheid over de toekomst. Een gelukkig verleden is tegelijk ook geen enkele garantie voor een ongestoorde toekomst. En de toekomst, ja daar gaat het om. Daar richten wij ons op. Niet zelden met hard werken. Wie kent niet het gevoel daardoor greep te krijgen op dat wat gaat komen? Vermoedelijk worden we allemaal wel eens bezet met het gevoel dat we op die manier recht hebben op een betere toekomst, omdat we het nu toch wel verdienen. Daarnaast is er het roes-effect van hard werken, je kunt er je zorgen gemakkelijk mee vergeten. Aan de ene kant moet hard werken er toe dienen dat je het gevoel krijgt klaar te zijn. Voor een veilige toekomst. Terwijl het eigenlijk ook nooit klaar mag zijn, want dan zou de roes afgelopen zijn. Dat lijkt vergelijkbaar met het zorgen maken. Dat kunnen we ook maar moeilijk nalaten te doen. We beseffen dat het nodig is om aan de dag van morgen te denken en in beweging te blijven. Tegelijk weten we dat het nooit klaar is, nooit zal het zorgen maken het gewenste resultaat opleveren. Terwijl de gelukstoestand ook als een toestand van zorgeloosheid gezien kan worden, staan alle zorgen van alle mensen in dienst van hun behoefte om die toestand te bereiken. Ze zorgen, maken zich zorgen, om gelukkig, zorgeloos, te kunnen zijn. Geluk wil zo continueren, is daarmee ook onderworpen aan de bedreiging die de tijd nu eenmaal vormt voor alles dat zich wil voortzetten. De keerzijde is namelijk verlies, je kunt het moeilijk los van elkaar zien. Op deze onlogische basis lijkt de behoefte aan geluk gebouwd te zijn. Dat kan eigenlijk ook niet anders. Als het anders was zou het mogelijk zijn dat iemand blijvend gelukkig werd. In dat geval zou hij geen geluk behoefte meer hebben en daarmee niet meer bewegen of verder kunnen. We kunnen gelukkig zijn, maar niet de hele tijd. Juist door die heen en weer beweging tussen geluk en afwezigheid ervan, blijven we aan de slag.
Afbeelding: Gijs Assmann, Pendulum (detail), Amsterdam, 2020.