Een hoopvolle plek kan zo naar het verleden wijzen, zoals Arcadië, maar het kan ook een tussenstop zijn die de weg naar boven symboliseert, zoals Kaap de Goede Hoop, of een verlangen naar een betere toekomst, zoals Amerika in het begin van de vorige eeuw. De verwijzing van het woord ‘hoop’ kan zo ook gezien worden als een toestand waar je naar uit kan kijken. In dit verband ontstond het begrip Utopie, dat afgeleid is van de titel van het beroemde artikel Utopia (1516) van Thomas More. Hij beschreef voor het eerst over een in de fantasie geconstrueerde ideale (maatschappelijke) toestand. Volgens het Cultureel woordenboek, zouden we dat vrij kunnen vertalen met 'Nergenshuizen'. 'Topos' is Grieks voor 'plaats' en de 'u' kan staan voor het Griekse 'ou' dat 'niet' betekent (een niet bestaande plaats); de 'u' kan ook staan voor het Griekse 'eu' dat 'goed' betekent (een goede plaats). Hoop is zo een verbetering waar naar je kunt verlangen. Een kleine honderd jaar na Thomas More legde Spinoza dat zo uit: ‘"Hoop is de vreugde die je ervaart van de verwachting dat de toekomst positief zal uitvallen, als je je concentreert op de positieve verwachting". Hoop is dus een kwestie van willen opgaan in een verheugende emotie. Wie hoopt richt zich naar iets wat op het punt staat uit te komen.

De toekomst is ook het perspectief van waaruit kunstenaar Mike Kelley (1954-2012) oppereet als hij in 1999 begint aan het construeren van een bijzondere Arcadische plek. Het project dat hieruit ontstaat noemt hij de Kandors-serie. Ik ontdek het werk pas later bij het bezichtigen van een overzichts tentoonstelling in het Stedelijk Museum in Amsterdam. De serie die daar tentoongesteld werd bevatte een groot aantal driedimensionale voorstellingen of sculpturen van de geboorteplaats van Superman, de stad Kandor. Het populaire Superman-verhaal vertelt over de avonturen van een buitenaards wezen uit de toekomst dat als baby naar de aarde wordt gestuurd om te ontsnappen aan de totale vernietiging van zijn thuisplaneet, Krypton. Uiteindelijkt blijkt dat Kandor in werkelijkheid niet vernietigd is. Gekrompen en gebotteld door de schurkachtige Braniac, werd de futuristische stad gered door Superman en beschermd onder een stolp in zijn heiligdom; het Fort van Eenzaamheid. Bijna een kwart eeuw in striptijd overleefden Kandor en zijn miniatuurburgers onder de hoede van Superman, ondersteund door tanks met Kryptonische atmosfeer; critici zien dit graag als een constante herinnering aan zijn verloren verleden en een metafoor voor zijn psychische ontkoppeling van zijn geadopteerde planeet. Kelley koos zo twintig verschillende voorbeelden uit de talloze tweedimensionale weergaven van de sci-fi-stad om tussen 2007 en 2011 een groot aantal Kandors te creëren. Elk van deze sculpturen bevat een verlichte miniatuurversie van de Kandor-stad op een sokkel, ingepakt in een glazen stolp, soms in combinatie met nep gastanks en slangen, die de levensondersteunende dampen willen oproepen die Superman gebruikte om de burgers van Kandor in leven te houden. Videoprojecties, die de flessen afbeelden met wervelende atmosferische lichteffecten, bevatten een buitenaardse soundtrack gecomponeerd door Kelley. Lenticulair licht manipuleert de tweedimensionale ontwerpen en kleuren van de stripboekillustraties. Hierover schreef Kelley: “Mijn doel was om de verschillen te benadrukken tussen de grafische kwaliteiten van de stripboekillustraties en de gedimensioneerde versies ervan die in de sculpturen worden weergegeven”. Kelley laat weten de formele eigenschappen van doorschijnendheid en reflectie te onderzoeken door de Kandors in gekleurde harsen te gieten, ze in getinte glazen flessen te plaatsen en ze te verlichten als relikwieën. Zo lijken we als kijker achter te blijven met een pot goud; op de grens van eenzaamheid en trauma, op een griezelige Archaïsche plek, ontmoeten we een glinsterend symbool van hoop en leven.

Paradijs
Symboliek van hoop en leven kun je ook nadrukkelijk terug vinden binnen de Christelijke traditie. Religieuze hoop wordt daar vooral opgewekt door de ervaring bij het vertrouwen op het (her) vinden van een beter toekomst. De Christelijke hoop kun je zien als een toegangspoort tot het paradijs; "Geloof zegt dat God bestaat, hoop wacht op het moment dat deze waarheid zich aandient", zei de bekende theoloog Jurgen Moltmann (1926) hierover in zijn boek Theology of hope (1993). Tijdens de diensten van de Nederlands Gereformeerde Kerk, die ik tijdens mijn tienerjaren regelmatig zou bijwonen, leerde ik over deze vorm van hoop middels de verhalen uit de bijbel. In het oude testament, waarvan ik de boeken uit mijn hoofd moest leren, is die betere toekomst nog letterlijk het beloofde land. Het land belichaamd de hoop van de Israëlieten die, onder aanvoering van Mozes, de woestijn in trekken op zoek naar het aardse paradijs; het land van melk en honing. In de Bijbel lazen we ook nog over een andere, fundamentele soort hoop: de hoop dat ondanks alles wat ons overkomt, ons leven niet uit Gods hand valt. Zo is hoop bijvoorbeeld een belangrijk thema in de brief van de Hebreeën. Hoop wordt daar vergeleken met een anker dat mensen een vast oriëntatiepunt voor hun leven biedt (Hebreeën 6:19). Het geeft een vaste grond. Hoop is dan heel nauw verbonden met geloof en vertrouwen. Geloven is hier 'zeker zijn van de dingen waar je op hoopt' (Hebreeën 11:1). In de eerste brief aan de Korintiërs legt de apostel Paulus een verband tussen hoop, geloof en liefde. Hij vertelt dat de belangrijkste van deze drie de liefde is (1 Korintiërs 13:13). Maar dat betekent niet dat geloof en hoop onbelangrijk zijn. Liefde helpt juist om te geloven en te hopen (1 Korintiërs 13:7). Verder leerden we dat in het nieuwe testament de hoop een nieuw richtpunt krijgt; hier wordt ze verbonden met de komst van Jezus Christus. Met de komst van de Messias krijgt de mens een nieuwe mogelijkheid op verlossing aangereikt. Er ontstaat een (symbolische) betekenis in de vorm van het vooruitzicht op eeuwig leven; hoop richt zich van een concreet stuk land naar binnen, naar de ziel van de mens.

Afbeelding: Mike Kelley, Kandor, 2010.